De knal van de Prosecco
(15-11-2016)

Het was groot nieuws een tijdje geleden: wereldwijd worden meer flessen Prosecco verkocht dan Champagne! Een schreeuw van triomf klonk op in Italië en de Fransen keken wat sneu langs hun neus. De opkomst van de in de Veneto geboren bruisende wijn leek niet meer te stoppen. Een waar succesverhaal, maar, naar nu blijkt, ook eentje met een schaduwzijde.
Het drinkt zo lekker weg, die Prosecco. Een frisse, fruitige spumante, ideaal voor een aperitief en feestelijk vanwege zijn bubbels. Gemaakt van Prosecco-druiven die groeien op de heuvels rond o.a. Conegliano en Valdobbiadene. Dankzij de productiemethode (de zogeheten méthode Charmat, waarbij de tweede vergisting niet plaatsvindt in de fles maar in grote druktanks) ook nog eens heel betaalbaar. Wat zeker heeft bijgedragen aan de groeiende internationale belangstelling voor deze wijn.
Maar toen kwamen de problemen. Ook wijnboeren van elders begonnen opeens Prosecco te maken om mee te liften op het enorme succes. Dat kon probleemloos, aangezien volgens de Europese richtlijnen niet de druif, maar alleen de plaats van herkomst bescherming kan genieten. Zo kan bijvoorbeeld niemand ter wereld een Barolo produceren, tenzij in en om het plaatsje Barolo in Piemonte. Maar met de Prosecco-druif kon iedereen probleemloos zijn eigen Prosecco gaan maken. Ook in blik.
foto: Nick Gray
Kijk maar naar het voorbeeld van de wijnboeren uit Friuli, die tot hun ellende hebben moeten meemaken dat de Hongaren de herkomstbenaming Tocai in de wacht hebben gesleept. De Friulaanse Tocai (gemaakt van Tocai-druiven) moest van naam veranderen en heet tegenwoordig Friulano. Geen internationale klapper.
Een lot dat de producenten van de Prosecco absoluut wilden vermijden. En dus werd een list verzonnen. Tot hun groot geluk bleek er in de provincie van Trieste een plaatsje te bestaan met de naam Prosecco. Wijn werd er niet gemaakt, maar dat gaf niks. Er werden wat wijngaarden aangeplant en de voormalige Prosecco-druif ging plotsklaps Glera heten. Nu stond niets de producenten meer in de weg om van de EU in 2009 de herkomstbenaming Prosecco te verkrijgen en zo het label DOC of DOCG op hun flessen te zetten. Alleen in de door de EU erkende regio's mag nu nog Prosecco worden gemaakt. Een fraai staaltje van bedrog, aldus wijnexpert Paolo Zaccaria van de Gambero Rosso.
Dat leidde tot een explosieve groei in de productie. In 2015 produceerden de 527 wijnhuizen uit Veneto en Friuli Venezia Giulia bijna 440 miljoen flessen tegen een omzet van dik 2 miljard euro. Naar verluidt wil men die productie opschroeven naar 1 miljard (!) flessen.
foto: Lorenzo Benetton
U begrijpt het al. Waar eerst van alles werd geplant, van mais tot walnootbomen, en het vee vredig kon grazen tussen de groene heuvels, springen de wijnstokken nu als paddenstoelen uit de grond. Hele bossen worden geveld en vervangen door eindeloze wijngaarden. Mensen trekken weg, omdat de wolken pesticiden die door de wijnboeren over de wijnstokken worden gespoten hun leefomgeving verpesten. Alles moet wijken voor de bubbleboom.
Als klap op de vuurpijl zijn ook de inwoners van Prosecco boos. Ze willen 1% van het copyright op hun naam. Anders, zo zeggen ze, nemen we die gewoon weer terug. Het ziet ernaar uit dat de producenten op een of andere manier over de brug zullen komen. Want de naam verliezen van hun bloeiende creatie, dat kan echt niet.
Bronnen: Report (Rai3), Corriere della Sera, Paolo Zaccaria (Gambero Rosso Rome)
2 reacties op "De knal van de Prosecco"
Ja dat was te verwachten. Aan succes ten onder gegaan. Althans ik drink het niet meer (behalve uit Valdobbiadene). Net als de Nero d'Avola. Wordt ook overal geproduceerd, maar aan kwaliteit erg ingeboet.
Ooit liep ik te wandelen in Trieste (sleeptreintje omhoog) en stond ik oog in oog met het plaatsnaambordje Prosecco. Toen dacht ik nog "hier is het dus". Maar hoe goed ik ook rondkeek, nergens bubbels te bekennen. Alleen maar Pinot Grigio. Puur bedrog, begrijp ik nu.